Documenten van derden
140507, VS, April, CO2 boven 400 ppm (DuurzaamNieuws.nl)
CO2 boven 400 ppm, Amerikaanse regering erkent klimaatverandering
redactie | 6 mei 2014 | 0 Comments
De klimaatverandering is al harde realiteit, zeggen driehonderd experts in een belangrijk rapport van de Amerikaanse regering. Het rapport verschijnt op het moment dat het wereldwijde CO2-gemiddelde voor het eerst een volledige maand boven de symbolisch belangrijke grens van 400 ppm is geklommen. In april bedroeg het gemiddelde niveau van CO2 in de atmosfeer 401,33 deeltjes per miljoen. Geen enkele dag in april dook de CO2-concentratie onder de grens 400 ppm.
“De klimaatverandering werd ooit gezien als iets wat in een verre toekomst zou plaatsvinden maar is ondertussen harde realiteit geworden”, staat in de ontwerpversie van het National Climate Assessment. “De Amerikanen zien de veranderingen overal. De zomers worden langer en heter, de periodes van extreme hitte duren langer dan ooit. De winters worden over het algemeen korter en warmer. De neerslag wordt heviger, maar in veel regio’s wordt de hevige regen afgewisseld met langere periodes van droogte.”
Het rapport telt 1300 pagina’s. Driehonderd experts leggen uit wat de gevolgen van de klimaatverandering zijn voor de Verenigde Staten. Het Witte Huis stelt het morgen voor. De ontwerpversie was al bekend maar aan de inhoud van de definitieve versie zal niet veel meer veranderen, zeggen de auteurs.
Prioriteit voor Obama
Bij zijn herverkiezing in 2012 kondigde president Barack Obama aan dat de klimaatverandering een van de drie prioriteiten zou worden in zijn tweede ambtstermijn.
In juni vorig jaar legde hij een klimaatplan op tafel. Als het Congres niets zou ondernemen om de uitstoot met 17 procent te verminderen, dan zou hij het zelf doen, kondigde hij aan. In november gaf hij het bevel om de VS voor te bereiden op de gevolgen van de klimaatverandering.
Extreme weerfenomenen
De laatste jaren kregen de Verenigde Staten meermaals met extreme weerfenomenen af te rekenen. De superstorm Sandy trok in oktober 2012 een spoor van vernieling door New York. Grote delen van het land kennen nu al enkele jaren op rij grote droogte. Voor de staat Californië was 2013 het droogste jaar in zijn geschiedenis.
Sinds 1895 is de gemiddelde temperatuur in de Verenigde Staten met 0,8 graden Celsius gestegen. 80 procent van die stijging vond plaats sinds 1980, stelt het National Climate Assessment.
—————————————————————————–
Vrij spel voor corrupte ambtenaren en politici
Corrupte politici en ambtenaren hebben vrij spel in Nederland. Dat stelt niemand minder dan Robert Hein Broekhuijsen, tot voor kort de belangrijkste Officier van Justitie als het gaat om fraudezaken. Ambtenaren bij lagere overheidsinstanties als gemeenten, waarborgfonds voor de zorg of de Rijksgebouwendienst zijn nog wel eens de klos, maar corrupte parlementariërs of Secretarissen-Generaal hebben weinig te vrezen, aldus Broekhuijsen, onder andere de OvJ die zich bezig hield met de vastgoedfraude. ‘Hoe kan het zijn dat we hier geen enkele corrupte politicus of secretaris-generaal kennen’, vraag deze OvJ zich af in de (papieren) Telegraaf. ‘Dat komt doordat strafzaken tegen hoge ambtenaren of Kamerleden politiek heel moeilijk liggen’. Broekhuijsen pleit voor het oprichten van een aparte opsporingsinstantie voor ambtenaren en politici. Hij heeft ook al een eerste zaak voor dit nieuwe orgaan. ‘Als ik lees over Geert Wilders, die met een koffer met 50.000 euro aan contanten rondsjouwt, dan wil ik weten waarom daar geen melding van gedaan is bij het meldpunt ongebruikelijke transacties. Hoe komt hij aan dat geld?’ Deze kritiek op Nederland is overigens niet nieuw. Al jaren wordt er druk uitgeoefend op Nederland om strenger te worden op fraude. Jan van Koningsveld, oud-rechercheur van de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (Fiod) en tegenwoordig consultant van het Offshore Kenniscentrum in Almere, weet dat de Oeso, de club van 34 rijkste landen ter wereld, Nederland hierover heeft gekapitteld. Nederland scoort altijd goed op corruptielijsten, in de zin dat Nederlanders zich daar weinig schuldig aan zouden maken. ‘Maar hoe meet je dat? Is er geen corruptie, of wordt er geen onderzoek naar gedaan?’ Van Koningsveld denkt dat dat laatste meespeelt, zo vertelde hij vorig jaar aan De Pers. ‘Er is twijfel of Nederland wel zo goed bezig is.’
Ga kijken op www.corruptie.org en lees in de Engelse sectie:
The Economist Highlights the Scourge of Trade Misinvoicing
Trade Misinvoicing Drained US$763.4bn from Poor Countries in 2011, according to GFI Research
—————————————————————————————–
Neoliberalism’s war on Democracy
(Not everything should be for sale), zie:
http://www.truth-out.org/opinion/item/23306-neoliberalisms-war-on-democracy
Four decades of neoliberal policies have resulted in an economic Darwinism that promotes privatization, commodification, free trade, and deregulation. It privileges personal responsibility over larger social forces, reinforces the gap between the rich and poor by redistributing wealth to the most powerful and wealthy individuals and groups, and it fosters a mode of public pedagogy that privileges the entrepreneurial subject while encouraging a value system that promotes self-interest, if not an unchecked selfishness.
—————————————————————————————————-
140424, TI-S and Corruption in EU
Anti-Corruption Group Finds Fault With European Union
By JAMES KANTER New York Times, APRIL 24, 2014
A new report is outlining shortcomings in the governance of European Union institutions. Credit Andrew Testa for The New York Times
BRUSSELS — A prominent anti-corruption group on Thursday plans to report serious shortcomings in the management and governance of the European Union’s core institutions, as public confidence in Brussels remains at a low before elections next month.
In a 250-page report, (http://www.transparencyinternational.eu/european-union-integrity-system-study/the-euis-report-latest-news/ ) the group, Transparency International, recommends tightening regulation of lobbying, reducing conflicts of interest, enhancing protection for whistle-blowers and curbing secret deal-making in sensitive policy areas like financial services.
Weak enforcement of the existing rules means that “corruption risks persist at the E.U. level,” the report warned, saying the risks contribute to public skepticism of “the commitment of politicians and bureaucrats to a more open and ethical style of government.”
A series of prominent scandals in recent years have included the resignation of a European commissioner in the face of suspicions he knew about attempted bribery to soften anti-tobacco legislation, and the prosecution of lawmakers for agreeing to large payments in exchange for proposing amendments at the European Parliament.
Europeans have also suffered a more general loss of confidence in their ability to influence policy at a time of concerns about their prosperity and security after five years of economic anxiety.
Less than a third of the public trusts the European Union, according to the most recent Eurobarometer poll, published in December by the European Commission. That figure was down from 57 percent in spring 2007, before the start of the financial and sovereign debt crises.
In the past, Transparency International has examined international agreements like the United Nations Convention Against Corruption. The group also produces an annual global Corruption Perceptions index that ranks countries based on perceived levels of public sector misconduct.
But the report on Thursday is the group’s first head-on assessment of an international body like the European Union. The aim, the group said, is to urge the union’s institutions, like the European Parliament and European Commission, to enforce existing rules and make necessary changes to improve public decision-making in Europe.
But whatever encouragement the report might provide toward those ends, the findings could bolster the views of critics who say some of European institutions are not worth saving because they have become elitist and unaccountable. Rising discontent with the union is expected to aid candidates from populist parties and other groups skeptical of the European project, who are expected to win a record number of seats at the European Parliament.
The Parliament, the only directly elected institution in the European Union, was the subject of particularly tough criticism by Transparency International, which cited a lack of cooperation by the lawmakers while it gathered research from June 2013 to February 2014.
“We met delays, prevarications and long silences by the authorities at the Parliament, and we find that acutely worrying in light of the body’s growing powers,” Carl Dolan, the director of the European office of Transparency International in Brussels, said ahead of the report’s publication. “The attitude of the Parliament’s hierarchy shows that there is a tendency there to circle the wagons and take the attitude of, ‘You’re either for us or against us,’ ” he said.
A spokeswoman for the Parliament, Marjory van den Broeke, said that the institution was already the subject of rigorous scrutiny from other European bodies and that there was no reason to give more access to Transparency International than to other nongovernmental organizations. “Compared to other parliaments, it’s a very transparent parliament,” Ms. van den Broeke said.
Other institutions, including the European Commission, the union’s administrative arm, took a more helpful approach by granting interviews with senior administrators, Mr. Dolan said.
Political analysts, including Vivien Pertusot, the head of the Brussels office of the French Institute of International Relations, are predicting that nearly 20 percent of the 751 Parliament seats up for election in May will be won by parties that are intent on reining in the European Union’s power, like the National Front in France and the U.K. Independence Party in Britain.
“The E.U. is going to have to find a way to address intense criticism from these protest parties over issues like corruption,” said Mr. Pertusot, who had not yet seen the report by Transparency International.
Mr. Dolan said his group was publishing the report now because it wanted to participate in the debate about the future of the bloc since the financial crisis, which had shaken confidence in the European institutions.
“This report should not give any comfort to euro-skeptics, because it shows there is a good foundation in the rules and regulation in place, and that what we need now is proper follow-up and enforcement,” Mr. Dolan said.
One of the most common problems identified in the report is a form of lawmaking that takes place behind closed doors, called trilogues, in which a handful of representatives from European governments, the European Commission and the Parliament hash out compromises on legislation,, often in sensitive policy areas like regulating car emissions and using taxpayer money to bail out banks.
Those meetings are among a number of “blind spots” where public scrutiny is extremely limited and where negotiating positions taken by the Parliament were susceptible “to external — and unseen — influence by interest groups and member state pressure,” the report said. It recommended that all documents from those meetings, and from other meetings of European Union experts, be made publicly accessible.
The report also found problems with the main watchdog for the union’s institutions, the European Anti-Fraud Office.
That office played a leading role in an investigation during 2012 that led to the resignation later that year of John Dalli, a politician from Malta who was the commissioner in charge of health and consumer protection. It concluded that Mr. Dalli, who has repeatedly said he did nothing wrong, had probably been aware of a solicitation of a nearly $80 million kickback from the tobacco industry.
But the anti-fraud office has faced fierce criticism from a number of groups, including lawmakers at the Parliament, for not acting transparently during its investigation of Mr. Dalli and, more generally, for being too cozy with administrators at the European Commission.
The report by Transparency International said the outcry over the conduct of the anti-fraud office and the commission during the events surrounding Mr. Dalli’s departure showed the need for the office to be given “watertight operational independence” to ensure proper checks and balances at the European level.
Another set of recommendations by the group are aimed at preventing a rerun of a scandal that began in 2011, when members of the Parliament were caught on camera apparently prepared to propose amendments in return for cash payments of up to about $138,000 in a sting operation conducted by The Sunday Times of London.
According to Transparency International, the Parliament, as well as other institutions, should introduce a procedure to create a so-called legislative footprint, recording and disclosing all input received from lobbyists for draft policies, laws and amendments. Another recommendation is to establish a European Public Prosecutor who could take action in cases where the union’s financial interests are threatened, including by corrupt lawmakers.
Currently, any prosecutions must be carried out at the national level, where procedures and punishments can vary widely.
——————————————————————————————————————-
‘Een jonge vrouw zei op een kleine demonstratie in Sydney: “Toen jij mijn leeftijd had, kon je een betere toekomst voorzien en die helpen scheppen, maar jouw generatie heeft onze toekomst gestolen. Hoe durven jullie? Ik ben twintig en jullie hebben mijn toekomst gestolen.” Ze verweet het met name diegenen die weigeren om op basis van de waarschuwing van wetenschappers te handelen. Maar dat maakte het aanhoren van dit verwijt niet minder moeilijk.
——————————————’
140411, VN, Vera Keur & Theo van Stegeren over Clive Hamilton
Weekblad Vrij Nederland, 11 april 2014.
‘Een jonge vrouw zei op een kleine demonstratie in Sydney: “Toen jij mijn leeftijd had, kon je een betere toekomst voorzien en die helpen scheppen, maar jouw generatie heeft onze toekomst gestolen. Hoe durven jullie? Ik ben twintig en jullie hebben mijn toekomst gestolen.” Ze verweet het met name diegenen die weigeren om op basis van de waarschuwing van wetenschappers te handelen. Maar dat maakte het aanhoren van dit verwijt niet minder moeilijk.’
Klimaatexpert Clive Hamilton: ‘Het is al te laat’
Door Vera Keur & Theo van Stegeren
11 april 2014, Leestijd: 28 minuten
Terug naar vroeger kan niet, zegt de Australische klimaatexpert Clive Hamilton. Alleen met radicale technische oplossingen kunnen we de schade nog wat beheersen.
Vier jaar geleden verzamelde Clive Hamilton (61) al zijn moed om Requiem for a Species te schrijven. De maanden erop voelden als een reis door de nacht. Pijnlijk precies beschreef hij de jongste feiten over de verandering van het klimaat en verklaarde hij waarom mensen die verandering niet willen kennen. Zijn boek, zo verwoordt hij het zelf, is ‘een verhaal over de strijd in onszelf tussen de krachten die ons er toe zouden moeten hebben gebracht om de aarde te beschermen – onze verbinding met de natuur en ons denkvermogen – en de krachten die uiteindelijk aan het langste eind trekken – onze hebzucht, ons materialisme, onze vervreemding van de natuur.’ Zijn rechtvaardiging om Requiem for a Species te schrijven: ‘Door uiteen te zetten wat ons te wachten staat, kunnen we ons er beter op voorbereiden.’
Na publicatie roemden insiders de Australische wetenschapper en essayist om zijn moed. Hij had gezegd wat zij dachten: dat het te laat is om het klimaat nog te redden. Maar niet iedereen bleek van zijn verhaal gecharmeerd. Het zou mensen hun hoop op een uitweg ontnemen, en politici waren toch al niet zo actiebereid.
Tijdens ons verblijf in een dan letterlijk oververhit land vertellen Australische academici dat Hamilton in hun land minder erkenning krijgt dan ‘bij jullie in Europa’: ‘We hebben hier een cultuur van optimisme, bij zwartkijkerij fronst men de wenkbrauwen. In Europa mag je pessimistisch zijn, hier niet.’
Australische milieuactivisten negeerden zijn boek. Hamilton had hen bij het schrijven als belangrijkste lezers op zijn netvlies gehad, maar toen het vanuit die hoek een paar maanden stil bleef, wist hij dat ze van zijn betoog niets wilden weten. ‘Ze zijn hoopvol dat ze de wereld kunnen redden. Dan moet er niet iemand langskomen die zegt: sorry, je kunt de wereld niet redden, want het is al te laat. Dus gaan ze door met wat ze al deden: het Australische volk vertellen dat de economie moet vergroenen en dat dan alles in orde komt.’
‘Onberedeneerd optimisme,’ noemt hij dat. ‘Een van de grootste deugden van de mensheid, maar ook een van haar gevaarlijkste zwaktes.’
Voor god spelen
Inmiddels trok Clive Hamilton in zijn eentje niet eerder in kaart gebracht gebied binnen. Hij is lid van een internationale climate engineering expertgroep, en zijn boek Earthmasters (2013) toont welke technologische paardenmiddelen in achterkamers worden besproken om het straks op hol slaande klimaat te beteugelen. De ene geleerde oppert de baan van de aarde met hulp van kernfusie iets te verleggen, zodat onze planeet minder zon vangt. Een ander suggereert om een wolk van maanstof tussen de aarde en de zon aan te brengen. ‘Niet erg realistisch,’ schrijft Hamilton, maar het boek laat ook zien dat andere methoden de sciencefiction snel kunnen ontgroeien. ‘Serieus’ noemt hij de techniek om een schild van zwaveldioxide de stratosfeer in te pompen, en die om snel groeiende algen te kweken die CO2 kunnen opslaan. Maar die gaan volgens hem wel met grote risico’s en gigantische kosten gepaard. Zo is climate engineering nog lang niet in staat om de mens miraculeus te helpen ontsnappen.
‘Slechts een handjevol wetenschappers die zelf geen onderzoek doen, voert ideologische oppositie tegen de implicaties van bergen klimaatonderzoek. Ze worden uitgezocht door rechtse denktanks en politici als de Amerikaanse senator James Inhofe en gepresenteerd alsof ze dezelfde legitimiteit hebben. Het is een briljante tactiek’
De New York Times prees het boek als ‘een sober, helder en overtuigend pleidooi om goed na te denken voordat we voor god spelen met onze planeet, zelfs als het alternatief lijkt dat we naar de verdoemenis gaan.’ De Canadese publiciste en activiste Naomi Klein noemde het een duizelingwekkende verkenning van de vreemde en angstaanjagende wereld van climate engineering. ‘Nu we overwegen,’ schreef ze, ‘zwaarder te gaan inzetten op de arrogante logica die ons de klimaatcrisis bracht, kunnen we ons geen wijzer en betrouwbaarder gids dan Clive Hamilton wensen.’
De waarheid
Als lid van de Australische Climate Change Authority en fellow van de Royal Society of the Arts – dat illustere leden als Stephen Hawking en Tim Berners-Lee telt – mag Hamilton een insider heten. Toch is hij is niet te beroerd zijn collega’s in die clubs in het openbaar te kapittelen. Hij was universitair gastdocent in Oxford, Cambridge en Parijs, maar verkeert het liefst in isolement, want diep in zijn wezen is hij een loner die bij voorkeur de straat oversteekt als hij een kennis ziet aankomen.
Als we hem op de kleine campus in Canberra opzoeken, blijkt het door hem opgegeven huisnummer onvindbaar. Voorbijgangers raadplegen de GPS in hun mobieltje, maar bij zijn huisnummer prijkt slechts een braakliggend stuk grond. Een half uur later pikt hij ons, in blauwgestreept T-shirt en jeans, bij een parkeerterrein op. Zijn hoofd is kaal en grijze stoppels staan op zijn kaken. Blauwgroene ogen achter montuurloze glazen peilen ons. We confronteren hem plagerig met zijn onvindbaarheid, maar dat brengt hem niet dichterbij. Zijn kleine werkkamer staat vol met boeken. Door het enige raam, dat weinig daglicht doorlaat, zien we hoog opschietende aanplant. We wijden er wat aardige woorden aan, maar zijn uitzicht houdt hem niet bezig.
Bij het schrijven van Requiem moest Clive Hamilton opnieuw in het zwarte gat kijken en daarbij kwam hij weer bij de rand van de afgrond. ‘“Niet terugtrekken nu,” sprak ik mezelf toe, “spring erin, want het gaat om het opschrijven van de waarheid.”’ Foto: Alain Pitton/Corbis/HH
‘Requiem schrijven was een onaangename ervaring,’ zegt hij al gauw, als we op twee stoelen voor zijn bureau zitten. Twee jaar daarvoor had hij een onthutsend artikel van de onderzoekers Kevin Anderson en Alice Bows gelezen: zij rekenden voor dat de gemiddelde globale temperatuur deze eeuw hoogstwaarschijnlijk rond de vier graden gaat stijgen – tenzij er een politieke revolutie plaatsvindt. En als die vier graden eenmaal werkelijkheid zijn, kan er van alles gebeuren door tipping points en feedback-effecten. Hun conclusie bracht hem in een depressie. Daarna ging hij zelf op onderzoek uit.
‘Ik sprak met veel klimaatwetenschappers en bezocht hun conferenties. In de wandelgangen probeerde ik uit te vinden wat ze werkelijk dachten. Velen vertoonden vormen van paniek. De Oxford Conferentie over vier graden opwarming was onthullend. Hier zeiden sommige wetenschappers vrijuit wat ze normaal voor de koffiepauze bewaarden en je niet in de rapporten van de IPCC teruglas.’
Dit internationale klimaatpanel van de Verenigde Naties is door de sceptici vaak beschuldigd van het doen van uitzinnige claims, maar volgens Hamilton is het tegendeel het geval. ‘Door de ingewikkelde totstandkoming van hun rapporten is de daarin vervatte kennis bij verschijning al drie tot vijf jaar oud. Daarnaast is de IPCC heel voorzichtig, sinds er in een van haar rapporten een paar fouten stonden en daar een systematische aanval uit de klimaatsceptische hoek op volgde, die haar geloofwaardigheid moest ondermijnen.’
Bij het schrijven van Requiem moest hij opnieuw in het zwarte gat kijken en daarbij kwam hij weer bij de rand van de afgrond. ‘“Niet terugtrekken nu,” sprak ik mezelf toe, “spring erin, want het gaat om het opschrijven van de waarheid.”’
Voor het eerst wilde hij bij de publicatie van een boek wegrennen van het lanceerpodium en het publiciteitscircus. ‘Ik wilde niet degene zijn die dit soort huiveringwekkende feiten naar de mensen brengt. En hoe kon ik mijn kinderen daarmee confronteren?’
Niet meer te redden
Met de afsluiting van de klimaatconferentie in Kopenhagen (2009), waar nauwelijks resultaten werden geboekt, vervloog volgens Hamilton alle hoop. In Requiem for a Species beschrijft hij wat er daardoor staat te gebeuren. Het was al eerder duidelijk dat de opwarming van het klimaat niet gelijk oploopt met de hoeveelheid uitstoot aan broeikasgassen. Wetenschappers noemen het sinds 2005 ‘waarschijnlijk’ dat het klimaatsysteem door positieve feedbackmechanismen het opwarmingsproces zal versterken – via omslagpunten, waarbij een kleine verschuiving kolossale gevolgen heeft. De bekendste feedbackmechanismen zijn het verdwijnen van het zomerijs op de Noordpool, het smelten van de Groenlandgletsjer en de westelijke gletsjer op de Zuidpool, het vrijkomen van koolstof door het smelten van permafrost en het grootschalig sterven van het regenwoud in het Amazonegebied.
‘Serieus’ noemt Hamilton de techniek om een schild van zwaveldioxide de stratosfeer in te pompen.
Als deze gebeurtenissen zich voordoen, zal elke poging van de mens om de uitstoot van broeikasgassen te verlagen daarbij verbleken. Twee kritische factoren bepalen ons lot: het tijdstip waarop de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen piekt en de snelheid waarmee daarna de uitstoot vermindert. Hoe later de piek, hoe sneller de vermindering daarna moet plaatsvinden. Met het mislukken van ‘Kopenhagen’ verdween het ‘optimistische scenario’ dat Anderson en Bows hadden aangehouden toen ze de hoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer aan het eind van deze eeuw berekenden. En die berekening leverde al een heel slecht beeld op: de concentratie zou zich niet stabiliseren op het ‘veilige’ niveau van 450 ppm (2 graden stijging), noch halthouden op het gevaarlijke niveau van 550 ppm (3 graden stijging), maar doorstijgen naar 650 ppm, wat gelijkstaat aan een temperatuursstijging van 4 graden boven de temperatuur in het pre-industriële tijdperk. Dit en het falen van politici brachten Hamilton tot de vaststelling dat het klimaat niet meer te redden valt. Of mensen straks nog een factor op de planeet vormen, is voor hem de vraag. Eén ding lijkt hem wel zeker: we zullen met veel minder zijn.
Onze toekomst gestolen
Inzicht in klimaatverandering ontstaat niet alleen door de cijfers te kennen, vindt Hamilton. Er komt ook een ingrijpend gevoel bij kijken, dat je pas ervaart als de feiten je voluit raken. ‘Sommigen noemen dit het “Oh shit, we are really in trouble”-moment. De een bereikt het door een wetenschappelijk artikel te lezen, anderen doordat ze, al vertrouwd met de feiten, een diepgaande ervaring in de natuur ondergaan. Of ze ontdekken op een andere verpletterende manier dat hun toekomstbeeld van de wereld verwoest is. Zo’n beleving is onontkoombaar traumatisch en als je die niet hebt ondergaan, doorgrond je ook het probleem niet, want dat is immens groot en transformerend. Het verkregen inzicht verandert je stemming, het vult je geest, het verandert het behang van je leven.’
Die heftige ervaring gold niet alleen hem, zo bleek uit de reacties die hij op Requiem for a Species ontving. Hij krijgt nog steeds e-mails waarin mensen schrijven: ‘Ik ben wanhopig, wat moet ik doen?’ De Franse socioloog en antropoloog Bruno Latour, onder meer hoogleraar aan de London School of Economics, vertelde hem door het boek in een depressie te zijn beland. Op Naomi Klein zou het boek eveneens een emotionerende werking hebben gehad, maar daarnaast ook een politieke. Tijdens haar research naar de klimaatproblematiek, vertelde ze hem, was ze in verwarring, tot ze Requiem for a Species las en ‘boem, alles op zijn plaats viel’. Het meest hartbrekend vindt Hamilton de gemoedsgesteldheid van jonge activisten. ‘Een jonge vrouw zei op een kleine demonstratie in Sydney: “Toen jij mijn leeftijd had, kon je een betere toekomst voorzien en die helpen scheppen, maar jouw generatie heeft onze toekomst gestolen. Hoe durven jullie? Ik ben twintig en jullie hebben mijn toekomst gestolen.” Ze verweet het met name diegenen die weigeren om op basis van de waarschuwing van wetenschappers te handelen. Maar dat maakte het aanhoren van dit verwijt niet minder moeilijk.’
Egoïsme
We spraken in Melbourne met Robert Manne, hoogleraar politieke wetenschappen en twee keer Australiës ‘intellectueel van het jaar’. Volgens hem is er sinds Darwin niet meer zo’n crisis tussen de wetenschap en de wereld geweest. Hamilton is het met hem eens: ‘We dachten dat mensen de wetenschap hadden gemachtigd om te spreken omdat ze legitimiteit en expertise had, maar de legitimiteit van klimaatwetenschap, en daarmee van de wetenschap in zijn geheel, wordt nu aangevallen, geërodeerd, ondermijnd. Het is de triomf van het bijgeloof over de verlichting. De triomf van ideologie over rationaliteit. Dit is een kritiek moment voor de beschaving, want we zien een existentiële bedreiging en we kiezen er – verbijsterend – voor om het niet te geloven. We hebben nu in Australië een regering van mensen die het bestaan van de klimaatcrisis ontkennen, wie zou dat drie jaar geleden hebben gedacht?’
‘Mensen van milieugroepen zeggen tegen me: we weten niet wat we moeten doen. Mijn algemene antwoord is: neem meer risico’s, de situatie vraagt erom’
Als we opmerken dat nogal wat Nederlandse journalisten de klimaatsceptici sterk in het debat vinden staan, zegt hij dat ze zich hebben laten inpakken door deze strategie. ‘Het gaat vaak om relatief neutrale journalisten die hun werk goed willen doen, en ze vallen ervoor, voor die zogenaamde balans in opvattingen. Die vermeende strijd binnen de wetenschap is een constructie, vergelijkbaar met hoe de tabakslobby werkte. Slechts een handjevol wetenschappers die zelf geen onderzoek doen, voert ideologische oppositie tegen de implicaties van bergen klimaatonderzoek. Ze worden uitgezocht door rechtse denktanks en politici als de Amerikaanse senator James Inhofe en gepresenteerd alsof ze dezelfde legitimiteit hebben. Het is een briljante tactiek.’
Met Schopenhauer, die voortbouwde op Kant, gaat hij ervanuit dat diep in ons een gevoeligheid voor het goede en het slechte bestaat. ‘Als we ons egoïsme en onze sociaal-cultureel bepaalde normen buiten haakjes plaatsen, is het mogelijk in onszelf te achterhalen wat goed en wat slecht is.’ Er zit dus niets anders op dan te wachten tot de geschiedenis zover is, vindt hij. ‘Het is nu eenmaal niet mogelijk om de historie te scheppen op een gecontroleerde manier. De machtigste sociale bewegingen, de vrouwenbeweging bijvoorbeeld, ontstonden plotseling en vrij onverwacht. Ik denk dat het rond het klimaat ook zo zal gaan, de krachten zijn er en ze zijn enorm. De eisen dat er iets wordt gedaan aan deze existentiële wereldcrisis zullen samenkomen en onweerstaanbaar worden.’
Wanneer dat gaat gebeuren, is ook voor hem een vraag.
Diep-religieuze ervaring
Hamilton heeft ervaring met politiek activisme, al was hij nimmer de leider. Als middelbare scholier zwoer hij het geloof af en liep hij mee in demonstraties, zoals die tegen Australiës betrokkenheid bij de oorlog in Vietnam. Hij studeerde geschiedenis, psychologie, wiskunde en economie en las de werken van Marx, die ‘begreep dat macht samenhangt met rijkdom, dat dat soort macht een enorme invloed heeft op ons politieke systeem en dat democratie door die machtsuitoefening in enorme mate verzwakt wordt.’ Zijn huidige begrip van de sociale werkelijkheid noemt hij ‘meer complex’, al is Marx’ analyse nooit uit zijn denken verdwenen. Een diep-religieuze ervaring toen hij vijfendertig was – een waarnaar hij niet op zoek was en waarop hij niet was voorbereid – zette zijn leven op zijn kop en bracht hem tot meditatie, ‘als geestelijke zoektocht en niet als methode om mijn stressniveau te verlagen.’ Hij aarzelt erover te praten sinds zijn tegenstanders in het klimaatdebat zijn eerdere openheid daarover misbruikten, tot in de vergadering van de senaat van Australië toe, waar een conservatief lid hem een lunatic noemde, ook al ontving hij daarvoor achteraf wel excuses. Hij integreerde die ingrijpende ervaring in zijn leven en vraagt zich sindsdien bij alles af: what is the right thing to do?
De IPCC is positief over de techniek waarbij CO2 uit de atmosfeer wordt gehaald en diep in de oceaan, de aardbodem of elders wordt opgeslagen.
Kort daarna startte hij de progressieve denktank het Australia Institute, geprikkeld door het feit dat het land alleen conservatieve denktanks kende. Een paar vooruitstrevende familieleden van de krantenmagnaat Rupert Murdoch steunden hem daarbij financieel. Niet alleen was het instituut uiterst succesvol, Hamilton vestigde er ook zijn naam mee als klimaatexpert. Hij schreef vele rapporten ten behoeve van politieke en maatschappelijke discussies, onderzocht de gevolgen van klimaatverandering voor de luchtvaartindustrie en ontwikkelde al in 1994 modellen voor de heffing van een belasting op CO2-uitstoot in zijn land. Vijftien jaar lang leidde hij het instituut, tot hij zich terugtrok om te doen wat voor hem de essentie is: schrijven.
Ten diepste is hij een introvert iemand. ‘De beste tijd van mijn leven bracht ik door in cabins, niemand om mee te praten en ver weg van alles. Daar hou ik van, ik ben niet sociaal. Sommigen hebben veel vrienden, maar ik voel die behoefte niet, heb die ook nooit gehad. Maar eigenlijk zijn veel mannen als ik.’
CO2 afvangen en opslaan
Al is Hamilton pessimistisch, hij is geen fatalist. Elke vermindering van uitstoot kan voor de lange termijn zinvol zijn, vindt hij. En niet alleen ziet hij straks een massabeweging ontstaan, hij houdt ook een open oog voor wat de technologie nog vermag. De hoop van mensen dat de opwarming met technische ingrepen valt terug te draaien, hield hem al langer bezig. Hij schreef in zijn leven genoeg rapporten over technologieën om Earthmasters met vaste hand te kunnen schrijven.
In zijn bescheiden bungalow in Canberra, aan de rand van een natuurgebied waar tegen de avond de kangoeroes verschijnen, zegt hij een dag later dat de IPCC binnenkort positief zal berichten over een paar carbon removal technieken, waarbij CO2 uit de atmosfeer wordt gehaald en diep in de oceaan, de aardbodem of elders wordt opgeslagen. Het idee noemt hij goed: als we CO2 afvangen en opslaan, geeft ons dat meer tijd de uitstoot onderwijl af te bouwen. Maar voorlopig kan maar een fractie van de CO2 worden opgeslagen en dat tegen zeer hoge kosten. En of het gas veilig in de oceaan of aardlagen blijft, moet nog blijken. Voor we het weten, vreest hij, verzinnen we met onzekere technologie een overhaast antwoord op een klimaatsysteem dat we nog nauwelijks doorgronden.
Hamilton is bezorgd dat het IPCC-rapport over climate engineering de sluizen open zal zetten, dat tegenstanders van het terugbrengen van de CO2-uitstoot riskantere methoden gaan pushen. Zoals aerosol spraying, een techniek waarbij zwaveldeeltjes in de stratosfeer worden gebracht om zich daar met stof en waterdeeltjes te verbinden. Samen vormen ze een schild rond de aarde, dat een deel van het zonlicht terugkaatst. Door het zwavelgehalte met ‘injecties’ op peil te houden, zal de opwarming van de aarde verminderen. De methode is veel goedkoper dan het reduceren van de CO2-uitstoot, maar de wereld betaalt daarvoor wel een prijs. Dat de kleur van onze lucht zal veranderen, is nog maar het geringste probleem. De regenval in Europa en het Amazonegebied zal waarschijnlijk minder worden en de moesson in Zuidoost-Azië zal ontregeld raken, waardoor droogte en hongersnood kunnen ontstaan. En als het spray-programma om welke reden dan ook (ernstige neveneffecten, een internationaal conflict) wordt gestopt, zal de temperatuur op aarde een abrupte, grote stijging doormaken omdat het eigenlijke probleem intact is gebleven. En dus moet er steeds meer zwavel omhoog en kan de aarde niet meer zonder haar schild.
Rampen
Earthmasters laat zien hoe elke climate engineering-techniek onzekerheden en zwakheden kent. Desondanks of misschien wel daardoor zoemen er niet de minsten omheen: Richard Branson en Bill Gates (‘Hij ziet klimaatverandering als een technisch probleem waarvoor een killer app te vinden moet zijn,’ zegt Hamilton), invloedrijke wetenschappers als David Keith en Ken Caldeira, militair strategen, patentenjagers en durfkapitalisten. Ook veel olie- en mijnindustriëlen kijken met belangstelling toe of doen voorzichtig onderzoek.
Bij de conservatieve, klimaatsceptische organisaties in de Verenigde Staten schuilt volgens Hamilton het grootste gevaar. ‘Denk aan het Livermore instituut met z’n traditie van Koude-Oorlogdenken, aan denktanks als het American Enterprise Institute, het Hudson Institute, de Heartland Foundation. Ze zitten nog in het stadium van vergaderen en rapporten schrijven, ze adviseren nog geen regeringen en voeren nog geen grote lobbycampagnes. Maar ze wachten op een geschikt moment.’
Geen politiek leider durft nu al openlijk over climate engineering te spreken. Er moet eerst iets verschuiven voor ze zich gepermitteerd voelen. ‘Sommige leiders in de Verenigde Staten en Australië spreken er binnenskamers in positieve termen over, hoorde ik van mensen die er getuige van waren.’
‘Zie je die eucalyptus daar? Die is hier geplant en moet zich nu aanpassen. De mens is in uncharted territory beland, net als die boom. We zullen moeten afwachten of we overleven’
De leider van de Russische delegatie in de IPCC, Yuri Izrael, gaf een duidelijke push in de richting van climate engineering. ‘Hij is in zeker opzicht de gekke eenling, die in zijn land niettemin veel politiek gewicht heeft. Mij is verteld dat hij niet langer close is met Poetin, maar vermoedelijk steunde het Kremlin hem wel toen hij dat pro-engineering standpunt uitte.’ Veel hangt volgens Hamilton af van wat China gaat doen. ‘Twee sinologen hebben dat tot in detail bestudeerd. Zij oordelen dat de Chinezen twee jaar geleden nog geen grote stappen richting climate engineering zetten, ook al omdat ze de risico’s goed kennen. Maar ze zijn wel een omvangrijk researchproject gestart. Veel Chinese wetenschappers en enkele beleidsmakers beseffen dat het een grote kwestie kan worden. Het land heeft nu al forse klimaatproblemen. Als die verergeren, kan de regering aan aerosol spraying gaan denken, om de groei te handhaven en de bevolking rustig te houden.’
Dat zou volgens Hamilton over een jaar of twintig jaar kunnen gebeuren. De Chinezen zouden daarvoor dan internationale steun willen zoeken, die de Verenigde Staten hen ondanks een openbare veroordeling in het geheim zouden kunnen geven. ‘Maar,’ zegt hij, ‘zoiets zou ook al over vijf of tien jaar kunnen gebeuren. De vraag is wanneer de crisis zal toeslaan in de vorm van majeure, onomkeerbare klimaatontwikkelingen of een snelle opeenvolging van rampen.’
Burgerlijke ongehoorzaamheid
In Australië dringt de klimaatsverandering zich dagelijks aan ons op. Hitterecords sneuvelen, tennisprofs bezwijmen, koraalrif verbleekt en kennissen raadplegen hun apps om te zien of een van de negentig branden in de deelstaat op hun huis afkoerst. Een bomenexpert in de Royal Botanical Gardens in Sydney zegt: ‘Zie je die eucalyptus daar? Die is hier geplant en moet zich nu aanpassen. De mens is in uncharted territory beland, net als die boom. We zullen moeten afwachten of we overleven.’
In hetzelfde Sydney wordt op dat moment gewerkt aan een besluit van de G20 om het GDP van de wereld in 2018 nog twee procent hoger te laten uitvallen dan nu voorzien wordt. Hamilton vindt dat het dogma van de economische groei van tafel moet. ‘De huidige wereldwijde groeiambities kunnen onmogelijk zonder fossiele brandstoffen worden bereikt. De basis van ons hele systeem moet ter discussie komen te staan. Je praat over het ontnemen van macht aan de machtigsten en dat moet je op wereldschaal doen. Een land dat op eigen houtje handelt, staat aan grote tegenkrachten bloot en wordt gestraft door de wereldmarkt. Je kunt niet zomaar vanuit het bestaande sociaal-economische en politieke systeem het GDP gaan verlagen. Het impliceert een fundamentele herziening van alles, waaronder een aantal ideeën en houdingen waarmee mensen rondlopen. Dat is een verschrikkelijk moeilijke opgave.’
Inzicht in klimaatverandering ontstaat niet alleen door de cijfers te kennen, vindt Hamilton. Er komt ook een ingrijpend gevoel bij kijken, dat je pas ervaart als de feiten je voluit raken. ‘Sommigen noemen dit het “Oh shit, we are really in trouble”-moment.
Hamilton maakt zich geen zorgen over de rijken ‘die ook tijdens een klimaatcrisis wel voor zichzelf zullen zorgen’. Hem gaat het erom de overlevingskansen te democratiseren. ‘Ik heb het er met veel mensen over gehad. Vooral jonge mensen hebben me benaderd omdat ze een radicale actie overwogen. Vaak voel ik me niet op mijn gemak bij een adviserende rol daarin. Ik zeg niet: doe het niet. Ik zeg alleen: denk zorgvuldig na over je acties en de gevolgen. Mensen van milieugroepen zeggen tegen me: we weten niet wat we moeten doen. Mijn algemene antwoord is: neem meer risico’s, de situatie vraagt erom. Ik steun burgerlijke ongehoorzaamheid. Ik bedoel: als je geen burgerlijke ongehoorzaamheid mag praktiseren nu de menselijke beschaving zoals we die kennen op het spel staat, wanneer mag dat dan wel?’
‘We hadden parlementen kunnen omsingelen,’ overpeinst hij in Requiem, ‘kolencentrales bezetten, binnensteden afsluiten, met de eis dat onze volksvertegenwoordigers strenge wetten invoeren om de toekomst van onze kinderen te beschermen. We deden het niet en ik vraag me af waarom.’
Leonardo DiCaprio
Een jaar nadat Hamilton dat schreef, kozen in de Verenigde Staten enkele eerbiedwaardige milieugroepen een radicale koers door met de charismatische schrijver Bill McKibben te gaan samenwerken. Die eiste in Washington met honderden activisten – onervaren, gelouterd en alles ertussenin – de stopzetting van project Keystone XL. Door deze pijpleiding zou dagelijks een miljoen vaten teerzandolie van Canada naar de Golf van Mexico moeten stromen. De massale arrestatie en opsluiting van de demonstranten bezorgde hun eis publiciteit en veel steun. Over de toekomst van de pijpleiding heeft president Obama nog steeds niet definitief besloten. Intussen vormt zich een brede coalitie van universiteiten, scholen, stadsbesturen, kerken, filmsterren als Leonardo DiCaprio en de hedgefund-miljardair Tom Steyer die een volgende actie van McKibben en de zijnen steunt en in praktijk brengt: ze trekken hun investeringen in de grote olie- en mijnbedrijven terug. De voorraden fossiele brandstoffen die deze bedrijven in hun boeken aanhouden, had McKibbon hen voorgehouden, bevatten samen vijfmaal zoveel CO² als volgens deskundigen nog verbrand kan worden om het klimaat beneden een relatief veilige grens te houden. Dus zijn die voorraden onbruikbaar en economisch gesproken waardeloos, zodat investeerders een ook in financieel opzicht verstandige keuze maken door hun aandelen in die bedrijven te verkopen.
Het valt Hamilton op dat mensen het gebruik van geweld lijken te schuwen. ‘Als je de huidige bedreiging vergelijkt met die waartegen radicale groepen zich in de jaren zeventig gewelddadig verzetten, dan is die van nu vele malen groter.’
In Requiem for a Species toont Hamilton een voorliefde voor leiders als Gandhi, de Dalai Lama en Mandela. Als we vragen of hij denkt dat er voor de massabeweging die hij voorziet een spiritueel leider nodig is, bevestigt hij dat, maar ‘het hangt er vanaf wat je daaronder verstaat. Mandela was de spiritueel leider van Zuid-Afrika, maar hij was ook een materialist, ooit lid van de communistische partij en stevig betrokken bij de gewapende strijd. Hij werd de vertegenwoordiger van de geest van die strijd. Alle massabewegingen hebben zo iemand nodig om hun hoop op te projecteren. Zo werken sociale bewegingen en historische veranderingen. Maar dit type leider is zeer aarzelend om de mantel van de verantwoordelijkheid aan te nemen. Alleen: iemand moet het doen. Bill McKibben past nu in dit profiel, maar uiteindelijk zullen het waarschijnlijk anderen zijn, en in verschillende landen.’
——————————————————-
Royal Society – Feiten over klimaat
Het valt niet mee om simpel en uit onverdachte bron over het klimaat te worden bijgepraat. Sinds kort kan dat. Twee oude en gezaghebbende wetenschappelijke colleges, de Britse Royal Society en de Amerikaanse National Academy of Science, hebben samen een glashelder feitenrelaas op het web gezet.
Wetenschappers rekenen erop, schrijven ze, dat de aarde deze eeuw verder zal opwarmen. Als de emissies hun huidige koers zonder technologische of gereguleerde terugdringing vervolgen, zal de gemiddelde temperatuur voor het eind van deze eeuw boven de nu al gerealiseerde 0,8 °C nog eens met 2,6 tot 4,8 °C stijgen. Een verschil met een paar graden mag misschien niet veel lijken, houden ze de lezer voor, maar bedacht moet worden dat de gemiddelde temperatuur tijdens de laatste ijstijd 4 tot 5 °C lager lag dan nu.
Regionaal en lokaal zullen grote temperatuurschommelingen (waaronder koudegolven en extremen in regenval en storm) optreden, met ernstige gevolgen voor de menselijke samenleving en de natuur. Gevoegd bij de stijging van de zeespiegel zal dit de voedselproductie, de drinkwatervoorziening en de infrastructuren aan de kusten bedreigen, ‘en zeker ook het welzijn van de enorme bevolking die momenteel in lager gelegen gebieden woont’.
Zelfs als de CO2-uitstoot vanaf dit moment geheel zou stoppen, zal het duizenden jaren duren voor de atmosfeer naar het pre-industriële niveau terugkeert. De wereld zou voor ten minste duizend jaar verhoogde temperaturen kennen en het zeeniveau zou waarschijnlijk nog eeuwen blijven stijgen nadat de stijging van temperaturen al was gestopt.
Clive Hamilton, ‘Requiem for a Species. Why We Resist the Truth About Climate Change’, Allen & Unwin, 2010
Clive Hamilton, ‘Earthmasters. The Dawn of the Age of Climate Engineering’, Yale University Press, 2013
——————————————————————————————–
Ledenraad van OSF (Onafhankelijke Senaatsfractie)
(Overkoepeling van provinciale partijen)
April 2014 Ledenraad
Eerlijk
De Ledenraad OSF vond plaats op zaterdag 22 maart in Lunteren. Voorafgaande aan de Ledenraad hield Michel van Hulten een inleiding over zijn wens om mee te doen aan deEuropese verkiezingen met zijn beweging “Ik kies voor Eerlijk”. Van Hulten is onder anderen bekend vanuit de politiek. Hij was lid van de Eerste en Tweede Kamer voor de PPR en Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat in het kabinet Den Uyl (1973-1977). Van Hulten staat ook bekend als bestrijder van corruptie. Zie ook http://www.ikkiesvooreerlijk.eu en www.corruptie.org.
Het standpunt van het bestuur van de OSF is als volgt verwoord:
“De OSF is de koepel van onafhankelijke provinciale partijen. Onze eerste aandacht is daarom gericht op die provinciale partijen. Dat laat onverlet dat het bestuur goede contacten probeert te onderhouden met andere onafhankelijke politieke groeperingen. De laatste jaren zijn de banden met de VPPG (Vereniging Plaatselijke Politieke Groeperingen) nauwer aangetrokken, wat geleid heeft tot een aantal gezamenlijke activiteiten. Recent heeft het bestuur een gesprek gehad met de initiatiefnemers van de beweging “Ik kies voor Eerlijk”. Op de laatst gehouden ledenraad heeft een vertegenwoordiger van deze beweging, Dr. Michel van Hulten, hierover een referaat gehouden. Het bestuur van de OSF beschouwt deze beweging als een uiting van onafhankelijke politiek, gericht op Europa. Hoewel de ledenraad op dat moment niet kon overgaan tot een algemene steunbetuiging, omdat de OSF via de FNP ook gerelateerd is aan de EFA (European Free Alliance), wil het bestuur de lezers van Locomotie wijzen op de website van “ikkiesvooreerlijk” ( www.ikkiesvooreerlijk.nl). Daar kan men nader kennismaken met de motivatie en de motieven van mensen achter de beweging. Wie zich aangesproken voelt kan “vriend” worden van de beweging. In de volgende Locomotie wordt een artikel opgenomen over dit onderwerp.”
Week 15
Onafhankelijke SenaatsFractie
De Vennen 27, 9321 HZ Peize • t. 050 – 503 36 31 info@osf.nl • www.osf.nl
———————————————————————————————
EUobserver, 26 March 2014
Political corruption seen as ‘major problem’ by most Europeans
By Benjamin Fox
BRUSSELS – Three quarters of Europeans think corruption is a “major or widespread” problem in their political institutions, according to research published Tuesday (25 March).
Twenty percent of Greeks and Italians report being asked to pay a bribe to public servants (Photo: StockMonkeys.com)
The countries worst hit by the European economic crisis have recorded larger decreases in trust in political institutions in recent years, with public perceptions of corruption above 90 percent, according to a report commissioned by the UK’s Committee on Standards in Public Life.
The highest levels of concern were in Greece – where 99 percent said corruption was a major problem – followed by Portugal, Italy, Spain and Ireland.
The research, which was based on data from the European Values Survey (EVS), the European Social Survey (ESS) and Eurobarometer, was commissioned following a sharp downturn in public trust in UK institutions caused in part by a parliamentary expenses scandal in 2009.
In a statement accompanying the report, Lord Paul Bew, the chairman of the Committee, said the survey was an attempt to measure whether declining public trust in the UK was “a unique national trend or part of a broader change in public attitudes across Western democracies”.
In Greece and Italy, where corruption was most frequently reported, almost 20 percent of respondents reported being asked or expected to pay a bribe during the previous 12 months.
UK nationals were the least likely to report having been asked or expected to pay a bribe, with just one percent telling the regular Eurobarometer survey that this had happened in 2013.
Meanwhile, despite an increase in the number of Danish respondents who believed corruption was widespread in their national and local institutions between 2011 and 2013, Denmark was the only case where the majority of respondents did not believe there to be corruption in either national or local public institutions.
National parliaments tended to be the lowest rated institution in European nations among citizens, lagging well behind the police and judicial system in almost all countries surveyed.
Citizens across Europe also believe that there is insufficient transparency in and supervision of the financing of political parties.
———————————————————————————————————————
http://www.passievoorpubliekeverantwoording.nl/content/niemand-verplicht-de-klok-te-luiden
Niemand is verplicht de klok te luiden
We ontmoeten Paul van Buitenen in zijn woning, een rijtjeshuis aan de rand van Breda. Binnen hangen foto’s van zijn twee zonen en zijn vrouw. Die foto’s zijn vijf jaar geleden gemaakt tijdens hun 25-jarig huwelijksfeest, zo vertelt hij. Hij oogt ontspannen terwijl hij koffie voor ons inschenkt. We interviewen hem over het onderwerp waar hij zo ongeveer synoniem mee is geworden: klokkenluiden.
Afgekeurd In 1997-1999 en 2001 meldde hij missstanden bij zijn werkgever, de Europese Commissie. Zijn meldingen leidden indirect tot het aftreden van de Commissie Santer. Vervolgens is hij met zijn eigen partij in het Europarlement gekozen (2004-2009). En daarna is hij als ambtenaar en lid van de Stichting Expertgroep Klokkenluiders vaak aanspreekpunt geweest voor andere klokkenluiders. Tot 2011 heeft hij nog gewerkt voor de Europese Commissie. Maar nu zit hij thuis, afgekeurd.
Paul van Buitenen windt er geen doekjes om: klokkenluiden heeft hem vooral ellende gebracht. ‘Veel klokkenluiders onderschatten de strijd die gaat ontbranden na hun melding,’ zo vertelt hij. ‘Zij verliezen vaak niet alleen hun baan, maar ook hun gezondheid en hun huwelijk.’ Van Buitenen stelt dat hij door zijn christelijke geloof en zijn vrouw niet volledig aan het klokkenluiden onderdoor is gegaan en nog leeft. ‘Ik heb het geluk gehad dat mijn vrouw echt heel veel van mij houdt, anders had ze me allang verlaten.’
Maar zijn baan is hij dus kwijt en ook zijn gezondheid. Na zijn termijn in het Europarlement is hij weer voor de Europese Commissie gaan werken, onder de voorwaarde dat hij zich puur zou richten op zijn werk en niet meer op potentiele misstanden. Dat bleek te moeilijk. Er meldden zich geregeld andere klokkenluiders bij hem met hun dossiers. Hoewel hij zich er niet mee wilde bemoeien, gebeurde dat toch. Hij ontmoette klokkenluiders en verdiepte zich in hun cases. Dat was een situatie waar hij uiteindelijk psychisch niet mee om kon gaan. En dus zit hij sinds 2011 thuis.
Anders Breivik Behalve zijn psychische gezondheid is ook zijn vertrouwen in de politici beschadigd. ‘Ik ben cynisch geworden, wereldwijs zou je kunnen zeggen.’ Paul van Buitenen is boos op het establishment dat volgens hem wegkeek toen hij zijn misstanden meldde. Dat establishment kijkt nu nog steeds weg. Hij begrijpt daarom mensen die uit boosheid op politici over de scheef gaan. Bijvoorbeeld iemand als Anders Breivik. ‘Begrijp me goed, ik keur zijn daden natuurlijk niet goed. Maar zijn boosheid over politici die wegkijken van reële problemen in Europa, zoals de islamisering, die begrijp ik volledig.’
In zijn boek In de loopgraven van Brussel (2004) schreef hij al dat de hervormingen van de Europese Commissie naar aanleiding van zijn klokkenluiden niet waren geslaagd. Die situatie is anno 2013 niet veranderd. Zo bezien heeft hij eigenlijk vrij weinig bereikt met zijn klokkenluiden. En dat erkent hij ook: ‘De Commissie heeft enkele nieuwe regels ingevoerd, zodat het optisch leek of er iets veranderde. Maar meer regels zijn niet de oplossing, de mensen moeten veranderen.’
Huis voor Klokkenluiders Dan gaat de telefoon. Paul van Buitenen spreekt kort. ‘De voorzitter van de expertgroep klokkenluiders,’ zegt Van Buitenen na afloop van het gesprek met een glimlach. De laatste tijd voeren ze vrijwel continue overleg over een initiatiefwetsvoorstel van Tweede Kamerlid Ronald van Raak (SP). Doel is de oprichting van een Huis voor Klokkenluiders dat toekomstige klokkenluiders in Nederland meer bescherming moet bieden en zelfstandig onderzoek kan doen. Het wetsvoorstel is eind juni behandeld in de Tweede Kamer, binnenkort is de tweede lezing. Paul van Buitenen is voorzichtig optimistisch: ’Als het wetsvoorstel niet verder verwatert en de juiste mensen het gaan leiden, hebben we een solide regeling voor klokkenluiders.’ Hij formuleert zeer behoedzaam als hij spreekt over de inhoud van het voorstel. Er moeten compromissen worden gesloten om Kamerleden over de streep te trekken, dus is hij voorzichtig met kwalificaties. ’Het is niet de bedoeling dat het Huis wordt geleid door mensen met bepaalde belangen in de gevestigde orde. De sollicitatieprocedure voor deze mensen is dus van wezenlijk belang. De Tweede Kamer zou hier invloed op moeten kunnen uitoefenen.’ De expertgroep zou het bovendien verstandig vinden als er een ervaringsdeskundige, bijvoorbeeld iemand uit de expertgroep zitting in zou hebben.
Klokkenluiden is geen verplichting Hij vindt dat hij als politicus in het Europarlement heeft gefaald, maar als lid van de expertgroep lijkt hij in zijn element: ‘Als politicus moet je je ook bezig houden met dingen waar je geen interesse in hebt, om samen met andere parlementariërs resultaten te boeken. Dat kon ik niet.’ Toch is het geen verloren tijd geweest. ‘Ik heb door mijn tijd in het Europarlement veel geleerd. Daar heb ik nog steeds profijt van in de expertgroep. En bovendien heb ik als parlementariër veel klokkenluiders kunnen helpen.’ Recent zijn drie klokkenluiders die hij toen financieel hielp door de rechter in het gelijk gesteld. Dat motiveert hem om door te gaan met zijn werk voor klokkenluiders.
Als lid van de expertgroep kan hij adviseren over het onderwerp dat hem het meest aan het hart gaat: de bescherming van klokkenluiders. Die bescherming is volgens Paul van Buitenen bittere noodzaak: ‘De meeste klokkenluiders zijn helaas loyaal en naïef. Iemand die, op grond van zijn ethisch besef en met de juiste motieven, er voor kiest een misstand te melden verdient daarom alle steun en goede begeleiding.’ Wat Paul van Buitenen betreft is niemand moreel verplicht om misstanden te melden. De gevolgen kunnen namelijk groot zijn, zo kan hij zeggen uit eigen ervaring. Het Huis voor Klokkenluiders zal deze mensen hopelijk kunnen behoeden voor misstappen en hen voorlichten over de gevolgen voor hun werk en privéleven. Ook de samenleving heeft volgens hem baat bij klokkenluiders: zij zijn het sluitstuk van de parlementaire controle.
Edward Snowden Een goed voorbeeld van wat een klokkenluider kan bereiken is Edward Snowden, een man voor wie Paul van Buitenen veel bewondering voor heeft. ‘Zoals hij zich jarenlang nauwgezet heeft voorbereid, dat vind ik echt ongelofelijk knap.’ Bovendien heeft zijn melding ergens toe geleid: het Amerikaanse Congres heeft kritische vragen gesteld aan president Obama en het lijkt alsof de Congresleden het er niet bij laten zitten. Klokkenluiders kunnen met hun melding veranderingen bereiken, mits ze goed zijn voorbereid en goed worden begeleid. Dat biedt hoop en daarom wil Paul van Buitenen graag zijn ervaringen gebruiken om klokkenluiders te adviseren. Zodat ze zelf de keuze kunnen maken.
Publeaks Vlak voor het publiceren van dit interview wordt Publeaks gelanceerd, een platform waar klokkenluiders gevoelige informatie kunnen achterlaten. Publeaks is een initiatief van 15 mediaorganisaties. Wij vroegen Paul van Buitenen om een reactie op dit platform. Hij blijkt niet enthousiast te zijn over het platform: ‘Dit platform voorziet in de mogelijkheid van anonieme meldingen. Ik ben hier geen voorstander van. Het risico op misbruik is veel groter dan bij meldingen die gedaan worden door klokkenluiders die met naam en functie bekend zijn. Juist mensen die met naam en toenaam durven te melden zijn gewetensvolle mensen die bereid zijn om hun melding aan controle te laten onderwerpen. Dat soort meldingen behoeft ondersteuning en bescherming om te komen tot een betere maatschappij. Het stimuleren van anonieme meldingen is destructief en dat steun ik niet. Ik zie het als weglopen voor het eigenlijke probleem dat klokkenluiders blijkbaar niet veilig misstanden kunnen melden.’
———————————————————————————————
Geert Mak,
De grote kwaal van de EU heet nog steeds: Triomfalisme. Over de EU en Oekraine.
http://www.geertmak.nl/nl/Europa/Essays%20en%20lezingen/De%20grote%20kwaal%20van%20de%20EU%20heet%20nog%20steeds%3A%20Triomfalisme/554.html
‘ … een land geregeerd door de ene corrupte kliek na de andere …’.‘… Europees Parlement dat … de Oekraïners een toekomstig EU lidmaatschap voor ogen houdt …’. En daar komt dan nog eens bij dat veel van die gestolen miljarden netjes bij ons blijken te zijn geparkeerd. Landen als Nederland en Groot-Brittannië hebben achter de schermen enthousiast aan al die corruptie meegewerkt. Over hypocrisie gesproken. …
De 24 dingen die je moet doen om deze planeet te redden
Wat kun je zelf doen om deze planeet te redden? Werk deze 24 To Do-punten van af. Hoeft niet allemaal op 1 dag tegelijk. Zie het als een levenswerk.
http://www.p-plus.nl/nieuws/planeet-redden
Urgenda brengt de transitie in de huiskamer. Hoe kun je anders wonen? Hoe kun je ander vervoer kiezen? Hoe kun je anders eten? Hoe kun je zelf anders produceren? Kun je ook zelf energie opwekken?
Onze inschatting: het kan wel een paar jaar duren, voordat dit To Do-lijstje volledig is afgewerkt. Sommige dingen moet je daarentegen niet eens in je leven doen, maar elke dag weer. Zoals: gezond eten. Je kunt jezelf beloven: niet de kist in zonder een vinkje achter deze 24 dingen.
1. Elk nieuw apparaat dat ik koop wordt energiezuinig (bijv. a++ witgoed)
2. Al mijn lampen worden ledlampen & ik zet standby-killers op stopcontacten
3. Ik isoleer wat nodig is
4. Ik ga op mijn eigen huis zelf energie opwekken met zonnepanelen voor elektriciteit (pv) en/of warmte (boiler)
5. Ik stop met aardgas, ga mijn huis anders verwarmen en kook elektrisch
6. Ik ga samen energie opwekken in de buurt of met andere collectieven (wind of zon)
7. Ik koop aandelen in een duurzaam energieproject ver weg, bijvoorbeeld zonnepanelen op een voetbalstadion.
8. Onder de 20 kilometer ga ik zoveel mogelijk (elektrisch) fietsen
9. Ik ga vaker mijn auto delen of doe mee met een deelautoproject
10. Mijn volgende (deel)auto wordt elektrisch
11. Ik reis (vaker) met openbaar vervoer (en ov wordt elektrisch!)
12. Binnen Europa reis ik onder de 1500 km niet met het vliegtuig
13. Door meer thuiswerken en teleconferenties reis ik minder
14. Ik eet meer groente en plantaardige eiwitten en een aantal dagen in de week geen vlees
15. Ik koop vooral producten uit de streek en uit het seizoen
16. Ik ga beter inkopen en minder weggooien
17. Ik koop alleen vis die groen is op de viswijzer of ik vervang vis door olie van algen
18. Als ik vlees eet, dan komt dit niet uit de bio-industrie
19. Ik geef met mijn koopgedrag steun aan relatief duurzame producten
20. Ik gooi minder snel iets weg, maar kijk eerst of ik het kan repareren of recyclen
21. Ik kies voor een beroep of bedrijf wat past in de toekomstige circulaire economie
22. Ik ga meer zelf (laten) maken, o.a. met de 3d-printer
23. Ik stem alleen op een politieke partij als die voor zonne- en windenergie is
24. Ik zet mijn spaargeld alleen op een echt duurzame spaar- of beleggingsrekening
N.B. De originele lijst van Urgenda bestaat uit 30 punten, maar daar zitten zeven dubbelingen in door de thematische aanpak, die wij er voor het gemak uit hebben gehaald. Als alle huishoudens in Nederland een keer participeren in de bouw van een windmolen of een zonnepark op het dak van het schoolgebouw of de plaatselijk wasserij, vinden wij dat al heel erg mooi. Punt 24 hebben wij er zelf aan toegevoegd.
————————————————————————————————————————–
Unôfhinklike ynternetkrante It Nijs.nl
Nijsgjirrich Frysktalich nijs fan oer de hiele wrâld, alhiel gearstald troch frijwillige skriuwers. Lês fierder
Ikkiesvooreerlijk
tiisdei 25 febrewaris 2014
Op 25 febrewaris is de hiemside fan “ikkiesvooreerlijk” de eter yngien. It is de thússide fan in nije ûnôfhinklike partij, ornearre foar de Europeeske ferkiezings dizze maitiid. Inisjatyfnimmers binne Michel van Hulten en inkele meistanners. Van Hulten wie doedestiids ien fan de oprjochters fan de PPR en steatssekretaris ien de santiger jierren.
Under de namme Ikkiesvooreerlijk wolle Van Hulten c.s. in list fan tsien betroubere en kundige minsken gearstalle dy’t mei in nij en eigen lûd yn it Europeeske parlemint komme. Ikkiesvooreerlijk is gjin partij mei bestjoer en leden. De argewaasje fan de groep leit him deryn dat de polityk yn Nederlân net kieze doar of wol foar Europa wylst eltsenien wol op syn fingers útrekkenje kin dat wy yn Nederlân net sûnder Europa kinne, ekonomyske net mar ek net op it sosjale en politike mêd. Dat erkenne, doarre de measte politisi net oan. It is makliker om mei populistyske gjalpen eangstige minsken nei de mûle te praten, mient Van Hulten. Har politike stribjen hat de groep gearfette yn fjouwer kearnwurden: Earlik, Europa, Doarsum, Solidêr.
Dat earlik stiet der foar om in ein te meitsjen oan de korruptens, dat politisi der net sitte om der sels better fan te wurden en dat der ynteger en earlik bestjoerd wurdt by de oerheid en yn bedriuwen. Europa: “Wy sjogge ‘Brussel’ as ús bêste beskerming yn in wrâld fan politike en ekonomyske grutmachten (lannen en multinationals) dêr’t de grutsten in lyts lân as Nederlân net of amper stean sjogge”. De paragraaf duorsum kriget in protte omtinken: “ús bernsbern moatte ek noch goed libje kinne op in ierde dy’t net leechfretten is om ekonomyske gewin”. “Dy’t swak is, kin rekkenjen op de help fan ús allegearre, binnen ús grinzen en earne oars op ‘e wrâld”, hjit it ûnder it kopke solidêr.
In opmerklike opstelling is de hâlding foar Nederlân as naasje oer. “Mear Europa en minder Den Haach” en tagelyk safolle moochlik desintralisaasje. De klam leit op Europa en de regio’s: provinsje en gemeenten. “De minsken moatte wer baas op eigen hiem wurde”. Dat liket mei elkoar yn striid mar is neffens de programmaskriuwers goed mei elkoar yn oerienstimming te bringen. Dêrom moat is kiesstelsel foar Europa sa feroare wurde dat der streekrjocht op Europeeske partijen stimd wurde kin en net lyk as no op in Nederlânske partij dy’t dêrnei ûnder de wjukken fan in Europeeske koepel krûpt. Nederlanners moatte de kâns ha om ek direkt op in Hongaar, Catalaan of oare Europeeër te stimmen.
De thússide fan ikkiesvooreerlik is te finen ûnder: http://www.ikkiesvooreerlijk.eu.
———————————————————————————-
RECLAIM EUROPE ga naar www.reclaimeurope.nl
In de aanloop naar de Europese verkiezingen zijn er veel voorspellingen dat Europa op haar retour is of – sterker nog – uiteen valt. Pardon? Daar zijn we zelf nog wel bij! Europa is niet Brussel, Europa zijn we zelf.
RECLAIM EUROPE is een geuzenkreet… Van mensen die niet bang zijn de toekomst zelf vorm te geven, die niet zitten wachten tot anderen voor hen beslissen, die alle scepsis en teleurstelling snappen, maar zich er niet bij neerleggen. Van mensen die geloven dat er heel veel kan als we er gezamenlijk onze schouders onder zetten en iedereen in zijn waarde laten. Het is tijd dat we dat weer gewoon gaan doen! www.reclaimeurope.nl
—————————————————————————————————–
Corruptie en democratie, burgers verliezen hun rechten door corrupte bestuurders, ook bij ons in Nederland.
Frank Vogl bespreekt in dit interview wat en hoe dit werkt. Hij is een van de oprichters van Transparency International, de wereldwijde coalitie ter bestrijding van corruptie. Hij gaf aan American Diplomacy , Foreign Service Despatches and Periodic Reports on US Foreign Policy, een interview: Commentary and Analysis February 2014, www.americandiplomacy.org en voor rechtstreekse toegang tot de tekst van het interview http://www.unc.edu/depts/diplomat/item/2014/0105/ca/peters_vogl.html
De kern van de zaak is voor Frank Vogl: ‘people everywhere want the rule of law to be administered fairly with integrity and equality so that no one in the society has a special position of impunity that enables them to operate without risk outside of the law’.
Ook veel burgers in Nederland ervaren dat straffeloosheid gekocht kan worden. Zij zien dat wie invloed heeft ’de dans kan ontspringen’.
Lees het gehele artikel! —————————————————————————————————